Is een micro-WKK met thermisch rendement van 80% slechter dan een ketel van 107%?
Dat kan, maar meestal is de WKK beter.
De energetische prestatie hangt af van twee zaken, namelijk de verhouding elektriciteit en warmte van de WKK enerzijds en de definitie van rendement.
De energetische prestatie hangt af van twee zaken, namelijk de verhouding elektriciteit en warmte van de WKK enerzijds en de definitie van rendement.
-
definitie van rendement
-
waarde van elektriciteit tov warmte
<
>
Een ketel met een rendement van 107% bestaat eigenlijk niet, want een rendement van meer dan 100% kan niet. Men bekomt deze hogere waarde echter doordat een deel van de energiewaarde van de brandstof niet meegeteld moest worden in de ‘oude’ Europese rendementsbepaling. Nochtans betalen we deze jammer genoeg wel.
Dit verschil is te wijten aan de condensatiewarmte van de waterdamp in de rookgassen. In de praktijk spreekt men daarom van onderste verbrandingswaarde en bovenste verbrandingswaarde van brandstoffen.
Als we rekenen met onderste verbrandingswaarde kunnen we dus boven de 100% uitkomen. Voor warmte-toepassingen is de oude definitie al lang achterhaald. In recente regelgeving (bvb Ecodesign, EPBD, …) wordt daarom meer en meer overgeschakeld naar bovenste verbrandingswaarde. Ook onze facturen staan trouwens in bovenwaarde.
Dit verschil is te wijten aan de condensatiewarmte van de waterdamp in de rookgassen. In de praktijk spreekt men daarom van onderste verbrandingswaarde en bovenste verbrandingswaarde van brandstoffen.
Als we rekenen met onderste verbrandingswaarde kunnen we dus boven de 100% uitkomen. Voor warmte-toepassingen is de oude definitie al lang achterhaald. In recente regelgeving (bvb Ecodesign, EPBD, …) wordt daarom meer en meer overgeschakeld naar bovenste verbrandingswaarde. Ook onze facturen staan trouwens in bovenwaarde.
Om deze redenen kiezen we ervoor om op deze website alles in bovenwaarde te definiëren
In de praktijk zullen de rendementen daardoor lager liggen, maar het eigenlijke verbruik en de werking zal niet wijzigen; zo zal bvb een gasketel van 107% op onderwaarde er één van 96% op bovenwaarde worden.
Bij het vergelijken van een micro-WKK met een totale brandstofomzetting van 80% en een ketel van 107%, moeten we ons eerst afvragen of in beide gevallen met de bovenste verbrandingswaarde wordt gerekend. Ondanks het feit dat meer en meer wordt overgeschakeld naar de bovenste verbrandingswaarde, zal men in de praktijk nog regelmatig rendementen tov de onderste verbrandingswaarde tegenkomen.
Stel 80% is het rendement van de WKK tov de bovenste verbrandingswaarde, dan moeten we de vraag herformuleren als:
‘Is een micro-WKK met een totale brandstofomzetting (elektrisch + thermisch rendement) van 80% (BVW) slechter dan een ketel van 96% (BVW)?’
(BVWHet is niet zo dat een WKK van 80% slechter is dan een ketel van 96%. Een ketel produceert immers enkel warmte en een WKK ook nog elektriciteit. Elektriciteit is niet alleen vaak ‘duurder’ dan warmte (ongeveer een factor 3), het kost ook meer primaire energie om de elektriciteit op te wekken.
Zo rekent men:
In ons land wordt vaak gerekend met 1,8 of 2 en 2,5, waarbij de eerste twee het ideale alternatief voorstellen en het laatste het feitelijke en huidige referentierendement. Kijken we naar kosten is een factor 3 meer aangewezen.
Een WKK met 45% thermisch en 35% elektrisch rendement zal dus efficiënter zijn dan een ketel met 96%.
Zo rekent men:
- 1 kWh gas om naar 1kWh primaire energie en
- 1 kWh warmte naar 1,1 kWh primaire energie en
- 1kWh elektriciteit naar 1,8 tot 3 kWh primaire energie.
In ons land wordt vaak gerekend met 1,8 of 2 en 2,5, waarbij de eerste twee het ideale alternatief voorstellen en het laatste het feitelijke en huidige referentierendement. Kijken we naar kosten is een factor 3 meer aangewezen.
Een WKK met 45% thermisch en 35% elektrisch rendement zal dus efficiënter zijn dan een ketel met 96%.